Omgrachte adellijke huizen (vanaf 1450). Dit zijn niet verdedigbare huizen, omgeven door een gracht (minimaal 5 m.). Andere termen hiervoor zijn stenen kamers of spieker, spiekerbelt of spijker. Vaak hadden deze huizen toch kantelen, poorten en ophaalbruggen. Deze attributen werden meer aangebracht om het geheel een adellijke status te geven dan dat dit een verdedigbaar karakter had. Dit soort kastelen dat op de rand van de definitie kasteel balanceert worden ook wel coulissen kastelen of rennaissance kastelen genoemd omdat het hier meer om het beeld gaat dan dat dit werkelijk kastelen zijn.
De welgestelden wilde graag op de oude adel lijken die in echte kastelen woonden. Vandaar dat deze huizen soms een heus kasteel-achtig uiterlijk hadden.
Voorbeelden van moated sites:
Kenenburg | Zuid-Holland |
Maurick | Noord-Brabant |
Croy | Noord-Brabant |
Altena | Zuid-Holland |
Tilburg | Noord-Brabant |
Werkeren | Overijssel |
Niet alle deskundigen hanteren dezelfde definitie voor een moated site. Epko Bult meent dat alle middeleeuwse woonplaatsen omgeven door een gracht een moated site is. Hoek stelt de definitie van een moated site gelijk aan een begraven hofstad.
Volgens professor Hans Janssen omvat een begraven hofstad alle omgrachte edelmanswoningen, versterkt of niet versterkt. Het begrip moated site is duidelijk nog niet algemeen aanvaard en strak omschreven.
Ik hanteer voor een moated site een omgracht adelijk huis wat niet meer verdedigbaar is tegen een serieuze gewapende aanval in de 15e eeuw of later.